Zoals vorige keer al beloofd: een heel blog padel, alleen maar padel. En omdat er heel veel te delen is, is deze ook een beetje langer dan normaal.
Overal waar je kijkt, bent of leest; het is padel, padel en nog eens padel. Of je het nou zelf speelt of je doet er zakelijk iets mee; het is één en al padel. Het is het nieuwe golf. Er worden volgens mij inmiddels meer zakelijke deals bij de padelbaan gesloten dan op de golfbaan. Er zijn al 200 tennisverenigingen met padelbanen en we verwachten dat het er eind dit jaar zo’n 260 zullen zijn. En dan zijn er nog 95 commerciële padelcentra. En mooi nieuws dat daarbij past: Ziggo Sport gaat padelwedstrijden uitzenden.
Natuurlijk gaat zo’n enorme groei gepaard met groeistuipen. De aanleg van de banen gaat zelfs zo hard dat bouwers zich afvragen waar ze glas en staal vandaan moeten halen. En ballen en rackets? Ik wens je succes om eraan te komen. Leraren? Ook een tekort. In de groeistuip hebben we overal tekort aan, behalve aan spelers, fans en liefhebbers.
Die explosieve groei heeft natuurlijk ook gigantische impact op onze organisatie. In juli 2020 fuseerde de Nederlandse Padel Bond met de KNLTB en kwamen alle padelactiviteiten onder de vlag van de KNLTB. Twee jaar geleden hadden we anderhalf, twee man op padel zitten, nu hebben we 18 FTE die met padel bezig zijn. Daarmee zijn we echt ongelofelijk professioneel. Ter illustratie: de FIP, de Internationale Padel Federatie heeft 3 of 4 FTE.
We hebben daardoor inmiddels ook al op een aantal afdelingen kunnen uitbreiden waarbij ik de afdelingen die onder mij vallen nader zal toelichten: commerciële zaken, evenementen, topsport en leraren. Al die vier hebben we uiteraard al voor tennis, maar nu ook volledig gespecialiseerd op padel. Daarmee voorkomen we dat de groei van de één een rem vormt voor de ander, want ook de groei van tennis is enorm.
Commercieel hebben we voor padel heel veel mooie sponsors weten binnen te halen, zoals EY en CUPRA en er zit nog een grote aan te komen.
Qua evenementen ben ik heel trots op het hartstikke gave NK begin maart bij Peakz in Zwolle, waaraan de toppers, jeugd en alle senioren meededen. Daarnaast ben ik ook trots op het complete nationale topcircuit dat er komend jaar aan zit te komen, inclusief P500 toernooien en de daaraan gekoppelde Masters. We hebben ook het maximale aantal toernooien dat internationaal is toegestaan op de kalender; 10 internationale toptoernooien voor de jeugd en de top. Plus nog de Copa de Padel begin september op het Jaarbeursplein in Utrecht, waar de hele wereldtop aan mee zal doen. Er is dus ook enorm veel toppadel in Nederland komend jaar.
Ook de lerarenopleiding is inmiddels volledig geïntegreerd in onze organisatie. Er zijn leercoaches binnengehaald, die ervoor moeten zorgen dat de opleiding van padelleraren professioneel verloopt. We hebben kennis uit het buitenland gehaald en gaan dit nog veel meer doen. De vraag naar opleidingen is momenteel nog groter dan het aantal plekken dat we kunnen aanbieden, maar dat mag er niet toe leiden dat we gemakzuchtig worden met opleiden. Het mag niet zo zijn dat je je papiertje bij een bord Brinta krijgt. Kwaliteit voor de klant en een veilig sportklimaat zijn nog altijd veel belangrijker. Dat de vraag groter is dan het aanbod, is vooralsnog ook een voorbeeld van zo’n groeistuip.
Tenslotte toppadel. We hebben een visiestuk gepresenteerd over de ambities en organisatie van toppadel de komende vijf tot tien jaar. Er dienen zich al kansen aan, daar gaan we nu mee aan de slag. Achter dit visiestuk komt nog een Meerjaren Opleidings Plan aan, een zogenaamd MOP. Daar staat in hoe we de talentontwikkeling gaan vorm geven.
We kiezen op dit moment heel bewust voor de lange lijn, de reis van het kind. Dat is talentontwikkeling van de middelbare schooljeugd. Daar gaat nu het budget naartoe en niet naar de huidige top. Natuurlijk nemen we de huidige topspelers serieus, maar die zullen zelf hun keuzes moeten maken.
Verder zijn we door de groei van padel én tennis op het bondsbureau met z’n allen aan het nadenken over de KNLTB van de toekomst. Wat voor diensten bieden we aan en wat moeten we gaan aanbieden? De enorme groei van padel dwingt ons er ook toe om na te denken over hoe we het nu doen en hoe we het nog beter kunnen doen.
En ik merk dat ik nu direct naar het puntje van mijn stoel schuif: daarom erger ik me dood aan mensen die zeggen dat wij padel vertennissen. Dat is zo’n onzin. We zouden padel over één kam scheren met tennis.
Als wij in juli 2020 de adoptie niet hadden gedaan was deze groei nooit mogelijk geweest. Tuurlijk hebben veel spelers vroeger getennist en komen er padelleraren uit het tenniscircuit. Maar het is toch logisch dat we ons netwerk, onze structuur en alle kennis die we bij het tennis in jaren hebben opgedaan inzetten voor de groei van padel. Maar dat betekent niet dat we tennis en padel over één kam scheren. We zijn geen padel- of tennisbond, maar een bond voor padel én tennis. En het is geweldig om met beide sporten dagelijks bezig te mogen zijn!